Niveaus
Bij Water Wise Swimschool werken we met vier basis principes en zes verschillende niveaus om ervoor te zorgen dat elk kind stap voor stap veilig en zelfverzekerd leert zwemmen. Elk niveau bouwt voort op de vaardigheden van het vorige, zodat je kind op zijn eigen tempo kan leren en groeien.
4 basis principes
Onze lessen zijn opgebouwd rond 4 basisprincipes:
Controle van de ademhaling:
Een kindje dat niet of niet lang onder water durft, zal altijd panikeren als het onverwacht in het water terechtkomt. Daarom is het essentieel dat jouw kindje leert om onder water te gaan.
De eerste keer dat kindjes onderwater gaan, hebben ze vaak het besef nog niet dat ze moeten stoppen met ademen, wat hoesten en verslikken tot gevolg kan hebben.
Wij leren uw kind op een gemoedelijke manier wat het moet doen als hij/zij onder water gaat zodat het nadien rustig bovenkomt zonder hoesten of panikeren.
Drijven:
Drijven moet dé oplossing worden voor alles: is je kindje moe, wil het ademen, gebeurt er iets onverwacht en weet je kindje even niet wat te doen, ... Drijven is de oplossing.
Waarom? Kinderen hebben een heel hoog drijfvermogen en moeten hier totaal geen moeite voor doen. We moeten ze weten welke houding ze moeten aannemen.
Voor kinderen is drijven niet vanzelfsprekend; ze denken vaak dat ze zullen zinken. Daarom leren we hen hoe ze alleen op hun rug kunnen drijven om zo moeiteloos te kunnen ademen.
Rotatie:
Met rotatie bedoelen we het draaien van buiklig naar ruglig en hierbij zo horizontaal mogelijk blijven. Dit is de makkelijkste manier om te komen drijven en dit kunnen de kindjes later ook gebruiken om afstandjes te zwemmen.
Trappelen:
Trappelen is een natuurlijke beweging die kinderen helpt om zich voort te bewegen in het water.
Kindjes die vaak met drijfmiddelen zwemmen, zullen eerder fietsen of ‘duwen’ met hun benen. Ik leer ze om op en neer te gaan met lange benen, een horizontale houding te hebben en zich zo zeer efficiënt in het water te verplaatsen.
6 niveaus
Om je kindje 100% zelfredzaam en zelfstandig in het water te krijgen, doorlopen we 6 niveau's:
Niveau 1: Controle van de ademhaling + drijven (vanaf 5 maanden)
In het eerste niveau leren we je kindje rustig te blijven als het onder water gaat. We leren het de adem in te houden, zodat hij/zij niet moet hoesten of zich verslikt. We gaan hierbij heel voorspelbaar tewerk en bouwen op een rustige manier de tijd onder water op.
Daarnaast leren we je kindje hoe het zelfstandig op de rug kan drijven.
Het uiteindelijke doel?
- 6-8 seconden rustig onder water blijven.
- 10 seconden zonder hulp op de rug drijven.
Niveau 2: Rotatie.
Dit niveau richt zich op het draaien van de buik naar de rug. Je kind leert hoe het zichzelf in een veilige positie kan draaien als het in het water terechtkomt, wat de basis is voor zelfredzaamheid.
Het uiteindelijke doel?
- Als je kindje onder water is, blijft het rustig en kan het helemaal alleen op de rug komen liggen. Dan kan hij/zij voor minstens 10 seconden blijven liggen.
Dit is stap 1 van de zelfredzaamheid: je kindje is voorbereid op onverwachte situaties en kan zichzelf voor een korte tijd helpen.
Niveau 3: Trappelen (vanaf 1 jaar)
We beginnen met het aanleren van het trappelen, waarbij je kindje korte afstanden zwemt van punt A naar punt B zonder te stoppen om te ademen. Je kindje zwemt heel de tijd onder water omdat dit de efficiëntste manier is om vooruit te geraken. Daarnaast leren we dat hij/zij het hoofd in het water houdt en pas opkijkt wanneer hij/zij de zwembadrand stevig vasthebben. Dit is opnieuw een stap naar verdere zelfredzaamheid.
Het uiteindelijke doel?
- 1 - 1,5m onder water zwemmen zonder te ademen.
Niveau 4: Zwem-drijf
We vergroten de afstanden en je kindje leert om op de rug te draaien als de afstand te groot is om in één keer te overbruggen. Uiteindelijk leren we om ook van ruglig terug naar buiklig te draaien.
Het uiteindelijke doel?
- 1 - 1,5 meter onder water trappelen, omdraaien op de rug en minstens 10 seconden blijven liggen.
Niveau 5: Zwem-drijf-zwem
In dit niveau worden de afstanden nog groter. Je kind leert om te wisselen tussen trappelen op de buik en op de rug en kan zo langere afstanden te overbruggen. Je kindje begrijpt dat als het moe wordt of moet ademen, hij/zij moet draaien om te rusten. In dit niveau leert je kindje ook om op de rug te trappelen.
Daarnaast leren we ook om iets van de bodem op te duiken.
Het uiteindelijke doel?
- Je kindje springt zelf in het water en zwemt volledig zelfstandig naar de kant. Hierbij blijft hij/zij rustig en komt ademen zoveel als nodig. Bij de kant aangekomen, neemt je kindje de kant stevig vast en klimt er uit als de kant laag genoeg is.
- Daarnaast kan je kindje iets van de bodem opduiken, rustig wachten tot hij/zij terug boven is en op de rug gaan liggen.
Dit is stap 2 van de zelfredzaamheid: je kindje is voorbereid op onverwachte situaties en kan zichzelf naar de veilige kant brengen indien nodig. Je kindje gedraagt zich zelfzeker en gecontroleerd in diep water.
Niveau 6: Optimalisatie van de zelfstandigheid en introductie tot de erkende zwemslagen
Alle kindjes tot minimaal 5,5 jaar blijven in niveau 6. Vanaf je kindje 5,5 jaar is, kan het doorstromen naar schoolslaglesjes.
In niveau 6 stimuleren we de zelfstandigheid van je kind nog verder. De oefeningen worden uitdagender en onvoorspelbaarder, en we creëren realistische spelsituaties. Zo leert je kind ook in "spelmodus" zelfstandig op de rug te draaien wanneer hij/zij moe is of moet ademen. Ons doel is om van drijven een automatisme te maken, zodat je kind – onder toezicht – zonder drijfmiddelen veilig en vrij in het water kan spelen.
Daarnaast leren we je kind de basis van rugslag aan en treffen we de voorbereidingen om schoolslag te leren. Zo leren we de beenbeweging van schoolslag aan, aquatisch ademen en zwemmen met een mooie vormspanning in het lichaam. Tot slot komt ook watertrappelen aan bod. Dit is de ideale voorbereiding op verdere zwemlessen die zich richten op het aanleren van schoolslag.
Extra: zwemmen met winterkleding aan
Een kindje dat onverwacht in het water terechtkomt, heeft vaak kleding aan. Ook hier willen we je kind zo goed mogelijk op voorbereiden.
Is drijven met kleding aan moeilijker? Neen, zelfs makkelijker omdat kleren drijven. Wél is het mentaal een vreemd gegeven dat kan leiden tot paniek. Daarom willen we je kind in een gecontroleerde omgeving laten ontdekken dat het zichzelf ook met kleren aan kan redden. Zo zorgen we ervoor dat de kans op paniek zo laag mogelijk blijft.
Zwemmen met kleding doen we na het behalen van niveau 2 en opnieuw na het behalen van niveau 5.
Wil je meer weten over de niveaus of hoe we jouw kind kunnen helpen waterveilig te worden? Neem dan contact met ons op of boek een proefles!
